Een management pack voor onderdrukkingen maken

 

Gepubliceerd: maart 2016

Van toepassing op: System Center 2012 R2 Operations Manager, System Center 2012 - Operations Manager, System Center 2012 SP1 - Operations Manager

In een aantal wizards en dialoogvensters in System Center 2012 – Operations Manager selecteert u een bestemmingsmanagement pack om de resultaten op te slaan. U kunt elk niet-verzegeld management pack-bestand in de beheergroep selecteren of een nieuwe maken.

Management packs kunnen verzegeld of niet-verzegeld zijn. U kunt een verzegeld management pack niet rechtstreeks wijzigen. U moet wijzigingen in de werkstromen van een verzegeld management pack, bijvoorbeeld een onderdrukking voor een monitor, opslaan in een niet-verzegeld management pack. Het niet-verzegelde management pack verwijst naar het verzegelde management pack dat hiermee wordt gewijzigd.

In de volgende afbeelding ziet u welke niet-verzegelde management packs worden geïnstalleerd bij Operations Manager.

Dropdown menu for selecting management pack

Gebruik nooit management packs die zijn geïnstalleerd bij Operations Manager voor het opslaan van instellingen die u wijzigt of elementen die u maakt. Als u een bestemmingsmanagement pack moet selecteren, selecteert u altijd een management pack dat u hebt gemaakt.

U selecteert een bestemmingsmanagement pack als u een onderdrukking maakt of een regel, monitor of objectdetectie uitschakelt. U selecteert ook een bestemmingsmanagement pack als u de volgende elementen maakt of configureert:

  • Een map in de werkruimte Bewaking

  • Een unit-, aggregaat- of afhankelijkheidsmonitor

  • Een kenmerk

  • Een groep

  • Een regel

  • Een taak

  • Een Run As-profiel

  • Bewaking met een management pack-sjabloon

  • Bewaking van een gedistribueerde toepassing

  • Tracering van serviceniveaudoelstellingen

Onderdrukkingen opslaan

U kunt zich het beste aanleren om alle onderdrukkingen voor elk verzegelde management pack op te slaan in een niet-verzegeld management pack met de naam ManagementPack_Onderdrukking, waarbij ManagementPack de naam is van het verzegelde management pack waarvoor de onderdrukkingen gelden. Zo slaat u wijzigingen voor het management pack Microsoft.InformationWorker.Office.XP.mp dus in Microsoft.InformationWorker.Office.XP_Wijzigingen.xml op.

Als u een verzegeld management pack wilt verwijderen, moet u eerste eventuele management packs verwijderen die hiernaar verwijzen. De niet-verzegelde management packs die verwijzen naar het verzegelde management pack kunnen op hun beurt ook wijzigingen bevatten of elementen die van toepassing zijn op een ander verzegeld management pack. Als u het niet-verzegelde management pack verwijdert, verliest u deze wijzigingen en elementen.

In de volgende afbeelding worden de onderdrukkingen van management packs 1, 2 en 3 allemaal opgeslagen in één niet-verzegeld management pack. Als u management pack 1 wilt verwijderen, moet u eerst het niet-verzegelde management pack verwijderen. Zoals u ziet, verwijdert u dan tevens alle wijzigingen van management packs 2 en 3.

Overschrijvingen opgeslagen in één management pack

U kunt het beste een niet-verzegeld management pack maken voor elk verzegeld management pack dat u wilt wijzigen, zoals u kunt zien in de volgende afbeelding. Het verwijderen van management pack 1 en het bijbehorende niet-verzegelde management pack heeft nu geen invloed op de andere management packs.

Opslaan negeert respectieve management packs

Een Management Pack voor onderdrukkingen maken

U kunt een management pack voor onderdrukkingen maken voordat u een onderdrukking configureert of als onderdeel van de onderdrukkingsprocedure.

Een management pack maken

  • Klik met de rechtermuisknop in het navigatievenster van de werkruimte Beheer en klik vervolgens op Management pack maken.

    -of-

  • Klik in het dialoogvenster Onderdrukkingseigenschappen voor een regel of monitor in het gedeelte Selecteer het doel-management pack op Nieuw.