Installatiewerkblad Windows Small Business Server 2008
Benodigde gegevens tijdens de installatie
Informatie over de vaste schijf
Dit is de informatie die u tijdens de installatie opgeeft over de locatie waar Windows SBS 2008 moet worden geïnstalleerd.
Notitie
Als u een nieuwe server bij een OEM hebt aangeschaft waarbij Windows SBS 2008 vooraf was geïnstalleerd, heeft de OEM de informatie over de vaste schijf al opgehaald.
Onderdeel | Uw gegevens | ||
---|---|---|---|
Nummer van de vaste schijf |
|
||
Als er meerdere vaste schijven op de server zijn geïnstalleerd, moet u aangeven op welke vaste schijf u Windows SBS 2008 wilt installeren. De nummers van de vaste schijven beginnen bij station 0. Voor de installatie wordt station 0 aanbevolen, tenzij u een duidelijke reden hebt om een ander station te kiezen. |
|||
Partitiegrootte |
|
||
De partitie moet minimaal 60 GB zijn. Bekijk de informatie in de sectie Schijfruimte toewijzen verderop in dit document om te controleren of u een partitie nodig hebt die groter is dan 60 GB voor Windows SBS 2008 en de LOB-toepassingen (Line-Of-Business).
| |||
Partitienummer |
|
||
Normaal gesproken installeert u Windows SBS 2008 op de eerste partitie van station 0. |
Bedrijfsgegevens
De gegevens over uw organisatie worden opgeslagen en door diverse servertoepassingen gebruikt. Dat betekent dat u deze gegevens slechts eenmaal hoeft op te geven. De gegevens worden uitsluitend door de servertoepassingen gebruikt en worden niet naar Microsoft verzonden. Het opgeven van de bedrijfsgegevens is optioneel.
U kunt de bedrijfsgegevens later bewerken. Voor het bewerken van de bedrijfsgegevens klikt u in de Windows SBS Console op Help en vervolgens op Bedrijfsgegevens bewerken.
Onderdeel | Uw gegevens |
---|---|
Naam organisatie |
|
Adres 1 |
|
Adres 2 |
|
Plaats |
|
Provincie |
|
Land |
|
Postcode |
|
Servergegevens
Onderdeel | Uw gegevens | ||
---|---|---|---|
Servernaam |
|
||
Met de servernaam geeft u de computer op het netwerk aan waarop Windows SBS 2008 wordt uitgevoerd. Deze naam moet uniek zijn op het netwerk.
| |||
Interne domeinnaam |
|
||
De interne domeinnaam, ook wel de NetBIOS-naam genoemd, is de naam van het lokale netwerk. Dit is de naam die gebruikers te zien krijgen wanneer zij zich bij het netwerk aanmelden, bijvoorbeeld contoso. Dit moet een unieke naam op het lokale netwerk zijn. De domeinnaam en de servernaam mogen niet hetzelfde zijn.
| |||
Volledige interne DNS-naam |
|
||
De volledige interne DNS-naam is de DNS-naam van het interne (lokale) domein. U moet ten minste twee labels opgeven voor de volledige DNS-naam. contoso is bijvoorbeeld niet geldig, maar u zou wel contoso.local kunnen gebruiken. Het wordt afgeraden voor het laatste label van de volledige DNS-naam een openbare domeinnaam op het hoogste niveau te gebruiken, zoals .com. Als u in uw netwerk Apple Macintosh-clientcomputers gebruikt met Macintosh OS X 10.2.x of hoger, raadpleegt u de Microsoft-website (https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=121090) voor meer informatie.
| |||
Naam certificeringsinstantie |
|
||
De naam van de certificeringsinstantie die u wilt gebruiken. Als u dit veld leeg laat, worden de interne domeinnaam en de servernaam gebruikt in Windows SBS 2008 (syntaxis <DomeinNaam>-<ServerNaam>) om een zelfondertekend certificaat te genereren (bijvoorbeeld Contoso-Server1-CA). Dit is de naam in het veld Uitgegeven door wanneer u het certificaat via internet bekijkt.
|
Gegevens over de netwerkbeheerdersaccount
Windows SBS 2008 voegt tijdens de installatie een netwerkbeheerdersaccount toe op basis van de informatie die u opgeeft. Nadat de installatie is voltooid en de server opnieuw wordt opgestart, wordt de nieuwe netwerkbeheerdersaccount - die tijdens de installatie is toegevoegd - gebruikt om de computer bij de server aan te melden. Het toevoegen van een netwerkbeheerdersaccount tijdens de installatie zorgt ook voor extra beveiliging. U hoeft dan namelijk geen gebruik te maken van de geïntegreerde beheerdersaccount als u zich voor de eerste keer bij de server aanmeldt. Om de beveiliging van het netwerk verder te verhogen moet u het gebruik van de geïntegreerde beheerdersaccount vermijden als u zich bij het netwerk aanmeldt.
Onderdeel | Uw gegevens | ||
---|---|---|---|
Voornaam |
|
||
Achternaam |
|
||
Naam netwerkbeheerdersaccount |
|
||
De gebruikersnaam of de alias voor de nieuwe netwerkbeheerdersaccount. Voor de gebruikersnaam gelden de volgende regels:
|
|||
Wachtwoord |
|
||
Het wachtwoord dat u opgeeft, moet complex zijn. Een complex wachtwoord is minimaal acht tekens lang en bevat minimaal drie van de volgende tekens:
|
Windows Live OneCare for Server en Forefront Security for Exchange Server proberen
Windows Live OneCare for Server
U kunt ervoor kiezen een proefversie van Windows Live™ OneCare™ for Server te installeren. OneCare beschermt uw systeem tegen virussen, spyware en andere schadelijke software (ook wel malware genaamd). Daarnaast bevat OneCare ook services voor het beveiligen van de server, voor het maken van back-ups en voor het optimaliseren van de prestaties van de server. De proefversie is een volledig functionele versie van OneCare met een proefperiode van 120 dagen die ingaat zodra u de installatie van OneCare hebt voltooid.
U kunt de proefversie van OneCare ook op clientcomputers installeren. Zie de Windows Live OneCare-webpagina op de Microsoft-website (https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=121102) voor informatie over het installeren van OneCare op clientcomputers.
Belangrijk
U kunt OneCare alleen installeren als de taal die u installeert door OneCare wordt ondersteund. Zie de veelgestelde vragen over Windows Live OneCare op de Microsoft-website (https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=121101) voor informatie over de talen die worden ondersteund.
Forefront Security for Exchange Server
U kunt ervoor kiezen een proefversie van Forefront™ Security for Exchange Server te installeren. Forefront Security for Exchange Server is een antivirusservice voor e-mail. De proefversie is een volledig functionele versie van Forefront Security for Exchange Server met een proefperiode van 120 dagen die ingaat zodra u de installatiewizard hebt voltooid.
Zie de Forefront Security for Exchange Server-webpagina op de Microsoft-website (https://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=121103) voor meer informatie over Forefront Security for Exchange Server.
Gegevens voor het uitvoeren van de Aan de slag-taken
Nadat de installatie is voltooid, wordt in de Windows SBS Console een lijst met taken weergegeven die u helpen bij het instellen van de nieuwe server, in overeenstemming met de behoeften van uw organisatie.
Gegevens om verbinding met internet te maken
De taak Verbinding met internet maken helpt u bij het opgeven van de gegevens die nodig zijn om verbinding te maken met internet. Als u van uw internetprovider een statisch IP-adres, een subnetmasker, een standaardgateway en een DNS-serveradres hebt ontvangen om verbinding te maken met internet, noteert u deze gegevens in het installatiewerkblad. Als u deze gegevens niet van uw internetprovider hebt ontvangen, moet u voor de router het IP-adres van de DHCP Server-service bij uw internetprovider opvragen.
Als Windows SBS 2008 tijdens de installatie verbinding maakt met internet, hoeft u deze taak niet uit te voeren.
Breedbandverbinding
Alleen als u van uw internetprovider een statisch IP-adres hebt ontvangen om verbinding te maken met internet, worden het IP-adres, het subnetmasker, de standaardgateway en het DNS-serveradres toegepast op de externe interface van de router. Noteer de gegevens die u van uw internetprovider hebt ontvangen in onderstaande tabel. Als u het statische IP-adres wilt gebruiken, moet u de router handmatig configureren. Raadpleeg de documentatie van de router voor informatie over de instellingen van de router.
Naast de configuratie-instellingen die tijdens de installatie door Windows SBS 2008 worden aangebracht, moet u de instructies van uw internetprovider opvolgen om het breedbandapparaat met internet te verbinden.
Informatie over de breedbandverbinding | Uw gegevens |
---|---|
Extern statisch IP-adres (indien van toepassing) |
________ . ________ . ________ . _________ |
Subnetmasker |
________ . ________ . ________ . _________ |
Standaardgateway |
________ . ________ . ________ . _________ |
Voorkeurs-DNS-server |
________ . ________ . ________ . _________ |
Alternatieve DNS-server (optioneel) |
________ . ________ . ________ . _________ |
Alternatieve DNS-server (optioneel) |
________ . ________ . ________ . _________ |
Point-to-Point-protocol over ethernet-verbinding (PPPoE) Als het antwoord Ja is, geef dan de volgende gegevens op: |
Ja Nee |
|
|
|
|
|
|
Informatie over de firewall van de router
Als de wizard Verbinding maken met internet de instellingen op de interne interface tijdens de installatie niet automatisch kan configureren, wordt er een foutbericht weergegeven. Met de gegevens in de tabel Informatie over de firewall van de router kunt u de poorten op de router instellen waarvoor specifieke typen gegevens de firewall mogen passeren. Als aangepaste services de firewall van de router moeten kunnen passeren, zoals services die noodzakelijk zijn voor een LOB-toepassing (Line-Of-Business) of een andere toepassing, raadpleegt u de documentatie van de betreffende toepassing.
In de volgende tabel zijn de gegevens over de poorten die door de Windows SBS 2008-services worden gebruikt vooraf ingevuld. Vul in de rest van de tabel uw netwerkspecifieke gegevens in.
In de kolom Inschakelen is Ja ingevuld voor de poorten van de standaardservices die standaard door Windows SBS 2008 zijn ingeschakeld. Als Windows SBS 2008 deze poorten niet op de router kan inschakelen, gebruikt u de informatie in de tabel om de gegevens handmatig op te geven.
Geef in de kolom Doorsturen naar IP-adres het IP-adres op van de lokale netwerkadapter van de server waarop Windows SBS 2008 wordt uitgevoerd of van de server waarop de toepassing wordt uitgevoerd.
Gebruik de lijst met bekende poortnummers als u extra poortnummers nodig hebt of raadpleeg daarvoor de documentatie van uw LOB-toepassing (Line-Of-Business) of andere toepassing.
Belangrijk
We raden u aan alleen poorten op de router te openen als die aan de vereisten van uw bedrijf voldoen.
Service of toepassing | TCP | UDP | Nummer externe poort | Nummer interne poort | Doorsturen naar IP-adres | Inschakelen? |
---|---|---|---|---|---|---|
SMTP |
TCP |
25 |
25 |
192 . 168 . ________ . ________ |
Ja |
|
SMTP (Simple Mail Transfer Protocol) is een TCP/IP-protocol voor het verzenden van berichten van de ene naar de andere computer in een netwerk. Dit protocol wordt door internet gebruikt voor het verzenden van e-mailberichten. |
||||||
HTTP |
TCP |
80 |
80 |
192 . 168 . ________ . ________ |
Ja |
|
HTTP (Hypertext Transfer Protocol) is een protocol waarmee aanvragen vanuit een browser naar een webserver worden verzonden en waarmee pagina's vanaf de webservers weer naar de aanvragende browser worden teruggestuurd. |
||||||
HTTPS |
TCP |
443 |
443 |
192 . 168 . ________ . ________ |
Ja |
|
HTTPS (Secure Hypertext Transfer Protocol) is een versie van HTTP waarmee gegevens worden versleuteld met behulp van SSL (Secure Sockets Layer). |
||||||
HTTPS voor RWW |
TCP |
987 |
987 |
192 . 168 . ________ . ________ |
||
Deze HTTPS-poort (Secure Hypertext Transfer Protocol) zorgt ervoor dat Windows SharePoint Services kan worden weergegeven via Externe Internet-werkplek. |
||||||
VPN |
TCP |
1723 |
1723 |
192 . 168 . ________ . ________ |
||
Een VPN (Virtual Private Network) maakt gebruik van internet om verbinding te maken met een of meer computers op een groot netwerk, zoals een bedrijfsnetwerk. Een VPN-netwerk is versleuteld, zodat alleen gemachtigde gebruikers toegang tot het netwerk kunnen krijgen. |
||||||
RDP |
TCP |
3389 |
3389 |
192 . 168 . ________ . ________ |
||
Microsoft RDP (Remote Desktop Protocol) is een standaardset communicatieregels die ervoor zorgt dat u de computer kunt gebruiken om verbinding te maken met een computer die zich op een andere locatie bevindt. |
||||||
192 . 168 . ________ . ________ |
||||||
192 . 168 . ________ . ________ |
||||||
192 . 168 . ________ . ________ |
||||||
192 . 168 . ________ . ________ |
||||||
192 . 168 . ________ . ________ |
Gegevens voor het instellen van uw aanwezigheid op internet
De Internet Address Management Wizard helpt u bij het aanschaffen en registreren van een internetdomeinnaam. Nadat u een internetdomeinnaam hebt aangeschaft, configureert de wizard de Externe Internet-werkplek, Microsoft Exchange Server en de internetrouter zodat die gebruik kunnen maken van de domeinnaam.
De wizard biedt u de keuze uit een aantal aanbieders die met Microsoft samenwerken om domeinnamen te registreren. Als u de domeinnaam bij een van deze aanbieders hebt aangeschaft, maakt de Internet Address Management Wizard uw nieuwe domeinnaam zichtbaar op internet. U kunt natuurlijk ook een domeinnaam kopen bij een andere aanbieder en vervolgens de wizard uitvoeren om de domeinnaam op uw server in te stellen.
Als u de wizard uitvoert, hebt u de mogelijkheid om een domeinvoorvoegsel te gebruiken. Het standaardvoorvoegsel is remote en dit voorvoegsel scheidt de toegang tot de Externe Internet-werkplek van uw openbare website. Bijvoorbeeld, voor Apotheek Contoso zou de FQDN-naam (Fully Qualified Domain Name) voor externe toegang remote.contoso.com zijn.
Het kan voorkomen dat de gewenste domeinnaam niet meer beschikbaar is. In onderstaande tabel kunt u alternatieve domeinnamen noteren, voor het geval de door u gewenste naam niet meer beschikbaar is. Als uw organisatie al over een domeinnaam beschikt, kunt u die natuurlijk gebruiken.
Gewenste domeinnaam |
|
Tweede keuze |
|
Derde keuze |
|
Domeinvoorvoegsel (standaard is dat remote) |
|
Gegevens voor het toevoegen van gebruikersaccounts en computers
Voordat gebruikers zich bij het netwerk kunnen aanmelden, moet u gebruikersaccounts maken. Gegevens noteren met betrekking tot de gebruikersaccounts en computers. Voordat u het toevoegen van een nieuwe gebruikersaccount voltooit, kunt u een bestaande computer aan de account koppelen. Hier wordt automatisch naar gevraagd als u gebruikersaccounts en computers toevoegt. In de volgende tabel kunt u tien gebruikersaccounts noteren.
Belangrijk
Alle gebruikers moeten hun wachtwoord wijzigen als zij zich voor het eerst bij het netwerk aanmelden en vervolgens moeten zij dat om de 90 dagen doen.
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|
Voornaam |
|
Achternaam |
|
E-mailalias |
|
Telefoonnummer |
|
Wachtwoord |
|
Clientcomputer |
|