Inleiding tot sitebeheer in Configuration Manager

Neem voordat u uw eerste site implementeert de planningsgegevens voor Configuration Manager door. Het type site dat u als eerste implementeert, kan de structuur voor uw hiërarchie definiëren. Hier volgen enkele voorbeelden:

• D eerste site is een primaire site: Als de eerste site die u installeert een primaire site is omdat u niet verwacht een complexe of geografisch verspreide omgeving te beheren, is uw hiërarchie oorspronkelijk beperkt tot één primaire site. Deze primaire site ondersteunt secundaire sites en kan vanaf System Center 2012 Configuration Manager SP1 worden uitgebreid door een nieuwe centrale beheersite toe te voegen.

• e eerste site is een centrale beheersite: Als u een centrale beheersite als uw eerste site implementeert, kunt u in de toekomst meer primaire sites als onderliggende sites toevoegen aan de centrale beheersite. Dit biedt u de flexibiliteit om uw hiërarchie uit te breiden terwijl uw bedrijf groeit en de beheermethode moet worden gewijzigd.System Center 2012 Configuration Manager biedt echter geen ondersteuning voor het loskoppelen van de primaire site van een centrale beheersite. Daarom moet u, als u de overhead van meerdere primaire sites of de centrale beheersite in de toekomst niet meer nodig hebt, de configuraties behouden of overwegen om uw hiërarchie helemaal opnieuw te installeren als een zelfstandige primaire site. U kunt overwegen de gegevens van uw bestaande hiërarchie te migreren naar een nieuwe zelfstandige primaire sitehiërarchie.

Zie Sites en hiërarchieën plannen in Configuration Manager voor meer informatie over sites en hiërarchieën.

Wanneer u uw hiërarchie plant, moet u rekening houden met de externe afhankelijkheden van Configuration Manager, zoals een PKI (Public Key Infrastructure) als u van plan bent certificaten te gebruiken, of uw Active Directory-domeinstructuur. Bepaal of u bronnen in niet-vertrouwde forests of internetbronnen beheert en bepaal hoe Configuration Manager deze scenario's ondersteunt. Deze factoren en andere overwegingen kunnen uw hiërarchieontwerp en de plaatsing van sitesysteemrollen beïnvloeden. Zie PKI-certificaatvereisten voor Configuration Manager en De netwerk- en bedrijfsvereisten bepalen om een Configuration Manager-hiërarchie te plannen voor meer informatie.

Voor elke site die u installeert, moet u sitesysteemrollen installeren en configureren om beheerbewerkingen te ondersteunen. Als u meerdere primaire sites wilt installeren, controleert u de sitesysteemrollen en bepaalt u of u deze op verschillende sites kunt implementeren. Van sommige sitesysteemrollen, waaronder het Endpoint Protection-punt, moet u slechts één exemplaar in de hiërarchie installeren om een service voor alle sites in de hiërarchie te bieden. Andere sitesysteemrollen, waaronder het Application Catalog-webservicepunt, moeten op elke site worden geïnstalleerd waar deze een service aan die site moeten bieden. Sommige sitesysteemrollen, waaronder het beheerpunt en distributiepunt, ondersteunen de installatie van meerdere exemplaren op een site. Raadpleeg de vereisten voor sitesysteemrollen om de beste locaties voor de sitesysteemrollen op elke site te bepalen. Bijvoorbeeld:

• Voor centrale beheersites kunt u sitesysteemrollen implementeren die nuttig zijn voor de bewaking van de gehele hiërarchie, bijvoorbeeld het rapportageservicepunt. U kunt ook sitesysteemrollen implementeren waarmee services voor de hele hiërarchie worden geboden, zoals het Endpoint Protection-punt. Sommige rollen, zoals het software-updatepunt, moeten worden geïnstalleerd op de centrale beheersite, maar u kunt deze ook installeren op primaire en secundaire sites. In dit scenario biedt het software-updatepunt op de centrale beheersite de andere software-updatepunten een centrale locatie voor het synchroniseren van software-updates.

• Voor primaire sites moet u sitesysteemrollen hebben voor clientcommunicatie, zoals beheerpunten en software-updatepunten. Controleer uw netwerkinfrastructuur en de locaties van computers en gebruikers in uw netwerk om ervoor te zorgen dat deze clientgerichte sitesystemen zich op de beste locaties bevinden voor een optimale netwerkconnectiviteit.

• Voor secundaire sites kunt u een beperkte verzameling sitesysteemrollen installeren. Als het u voornamelijk gaat om de distributie van inhoud naar een extern netwerk, kunt u er ook voor kiezen om distributiepunten vanaf een primaire site te installeren in plaats van een secundaire site te installeren.

Zie Sitesystemen plannen in Configuration Manager voor meer informatie over sitesystemen.

Wanneer u uw eerste site hebt geïmplementeerd, kunt u instellingen voor de hele hiërarchie en instellingen voor afzonderlijke sites configureren. Ongeacht wanneer u sites of instellingen voor de gehele hiërarchie configureert, wordt u aangeraden deze taken regelmatig opnieuw uit te voeren om configuraties aan te passen aan veranderende bedrijfsvereisten. Hiërarchie- en sitespecifieke configuraties beïnvloeden hoe sites werken en hoe clientbeheertaken op elke site functioneren.

U kunt onder andere de volgende configuraties voor de gehele hiërarchie instellen:

• Op rollen gebaseerd beheer, waaronder het volgende:

  • Gebruikers met beheerdersrechten identificeren die uw Configuration Manager-infrastructuur beheren en hieraan beveiligingsrollen, beveiligingsbereiken en verzamelingen toewijzen om hun machtigingen te beheren voor objecten en de objecten die ze kunnen gebruiken.

  • Aangepaste beveiligingsrollen en beveiligingsbereiken maken waarmee u de beveiliging en toegang van gebruikers met beheerdersrechten tot verschillende objecten kunt bepalen.

• Detectie om bronnen te vinden die u kunt beheren.

• Grenzen en grensgroepen om de toewijzing van clientsites te beheren en de sitesysteemservers waarvan clients inhoud kunnen verzamelen, bijvoorbeeld toepassingen of besturingssysteemimplementaties.

• Clientinstellingen om op te geven hoe en wanneer Configuration Manager-clients verschillende bewerkingen uitvoeren, bijvoorbeeld wanneer moet worden gecontroleerd op nieuwe toepassingen of wanneer er hardware- of software-inventarisgegevens naar de toegewezen site moeten worden verzonden.

U kunt onder andere de volgende sitespecifieke configuraties instellen:

• Communicatie-instellingen voor sitesysteemrollen waarmee wordt bepaald hoe clients communiceren met de sitesysteemrollen op die site.

• Instellingen om op te geven hoe statusberichtdetails die worden verzameld van clients en sitesysteemservers, moeten worden samengevat door sites.

• Siteonderhoudstaken en -planningen om de lokale Configuration Manager-database te onderhouden.

• Siteonderdeelconfiguraties waarmee wordt bepaald hoe sitesysteemrollen werken op een site.

Zie Sites en de hiërarchieën configureren in Configuration Manager en Bewerkingen en onderhoud voor sitebeheer in Configuration Manager voor meer informatie over het configureren van sites en instellingen voor de gehele hiërarchie.

U moet de status van de hiërarchie en afzonderlijke sitesystemen bewaken en beheren. Na verloop van tijd kunnen omstandigheden in uw omgeving veranderen. Hierbij kan het onder andere gaan om netwerkproblemen die resulteren in een vermindering van de prestaties van replicaties tussen sites, het aantal clients dat aan een site rapporteert en dat invloed kan hebben op de prestaties van sitesysteemrollen, en een toename in de hoeveelheid gegevens die wordt opgeslagen in de Configuration Manager-database waardoor de gegevensverwerking en siteprestaties kunnen worden beïnvloed.

U kunt uw sitesystemen, de gegevensreplicatie tussen sites en de database in orde houden door uw hiërarchie te controleren op problemen en maatregelen te nemen om deze systemen te onderhouden en kritieke problemen te voorkomen.

U kunt de status van uw hiërarchie bewaken door gebruik te maken van de werkruimte Bewaking in de Configuration Manager-console. Daarnaast kunt u op elke site siteonderhoudstaken configureren om de operationele efficiëntie van de database te handhaven en verouderde, overbodige gegevens te verwijderen. Controleer de configuraties en operationele instellingen voor sitesysteemrollen regelmatig om er zeker van te zijn dat deze een service blijven bieden aan uw clients en controleer de frequentie en het bereik aan gegevens dat u van clients verzamelt om er zeker van te zijn dat u alleen de gegevens verzamelt die u echt nodig hebt.

Configuration Manager biedt ingebouwde functionaliteit waarmee u uw infrastructuur kunt bewaken en onderhouden. U kunt bijvoorbeeld het volgende doen:

• Rapporten uitvoeren waarmee u wordt geïnformeerd over het al dan niet slagen van standaardtaken in Configuration Manager en waarin een overzicht wordt weergegeven van de operationele status van uw sites en hiërarchie.

• Statusberichten weergeven en waarschuwingen ontvangen waarmee u huidige of mogelijke problemen kunt identificeren en die informatie over toepassingsimplementaties of problemen met de site- en hiërarchie-infrastructuur bevatten.

• De status van clients, waaronder inactieve clients, en Endpoint Protection-clients weergeven.

• Meer dan dertig onderhoudstaken configureren om de status van de Configuration Manager-database te onderhouden.

Zie Configuration Manager-sites en -hiërarchie bewaken en Rapportage in Configuration Manager voor meer informatie over bewaking. Zie Onderhoudstaken voor Configuration Manager-Sites configureren voor meer informatie over siteonderhoudstaken.