Hyper-V migreren van Windows 2008 R2 naar Windows Server 2012

 

Van toepassing op: Windows Server 2008 R2, Windows Server 2012 R2, Windows Server 2012, Windows Server 2008 R2 with SP1

Met Hyper-V kunt u een gevirtualiseerde serveromgeving maken met een technologie die deel uitmaakt van Windows. Deze handleiding bevat informatie over en instructies voor het migreren van de Hyper-V-functie, inclusief instellingen voor virtuele machines, gegevens en besturingssystemen, van de bronserver waarop Hyper-V wordt uitgevoerd op een eerdere versie van Windows naar de doelserver waarop het Windows Server® 2012-besturingssysteem wordt uitgevoerd.

Over deze handleiding

Notitie

Uw uitgebreide feedback is erg belangrijk. Hiermee kunnen we de migratiehandleidingen voor Windows Server zo betrouwbaar, volledig en gebruiksvriendelijk mogelijk maken. Neem even de tijd om dit onderwerp te beoordelen en voeg vervolgens opmerkingen om uw beoordeling toe te lichten. Als u dit onderwerp bekijkt in de Lightweight-weergave, klikt u op Dit onderwerp beoordelen boven aan de pagina. Klik in de klassieke weergave op de sterren rechtsboven aan de pagina (1=slecht, 5=uitstekend). Geef aan waarover u wel of niet enthousiast bent of welke informatie u graag zou willen zien in dit onderwerp. Post een bericht op het forum over de migratie van Windows Server als u aanvullende suggesties hebt voor de verbetering van de migratiehandleidingen of -hulpprogramma's.

In deze handleiding wordt aan de hand van voorbereidings-, migratie- en verificatiestappen beschreven hoe de Hyper-V-functie wordt gemigreerd.

Migratiedocumentatie en -hulpprogramma’s vergemakkelijken de migratie van de instellingen en gegevens voor de serverfunctie van een bestaande server naar een doelserver met Windows Server 2012. Met de hulpprogramma's die in deze handleiding worden beschreven, kunt u het migratieproces vereenvoudigen, de migratietijd beperken, de nauwkeurigheid van het migratieproces verhogen en mogelijke conflicten elimineren die tijdens het migratieproces kunnen optreden. Zie de handleidingen voor het installeren, openen en verwijderen van Hulpprogramma's voor migratie van Windows-servers voor meer informatie over het installeren en gebruiken van de migratiehulpprogramma's op bron- en doelservers.

Doelgroep

Dit document is bedoeld voor IT-professionals die verantwoordelijk zijn voor het functioneren en de implementatie van Hyper-V in een beheerde omgeving.

Wat deze handleiding niet biedt

De volgende onderwerpen komen niet aan de orde in deze handleiding omdat deze niet worden ondersteund door de migratiehulpprogramma’s:

  • Clusteringscenario's worden niet ondersteund door dit migratieproces. Zie de stapsgewijze handleiding voor het migreren van geclusterde services en toepassingen naar Windows Server 2012 Geclusterde services en toepassingen naar Windows Server 2012 migreren voor meer informatie over het uitvoeren van een migratie in een geclusterde omgeving.

  • Het upgraden van functies op dezelfde computer wordt niet beschreven in deze handleiding.

  • Meerdere serverfuncties tegelijk migreren.

  • Hyper-V migreren tussen twee servers met Windows Server 2012. In plaats hiervan wordt dit proces ondersteund door verschillende nieuwe beheerhulpprogramma's en onderdelen van Hyper-V. De algemene procedure is als volgt:

    • Bepaal of u de virtuele machines wilt verplaatsen door middel van exporteren en importeren of door livemigratie. Importeren en exporteren kan worden gebruikt in een werkgroep- of domeinomgeving, maar hiervoor moet de virtuele machine zijn uitgeschakeld. Voor livemigratie zijn een domeinomgeving en een bepaalde configuratie vereist, maar hierbij kunt u actieve virtuele machines verplaatsen.

    • Voeg de Hyper-V-functie toe aan de doelserver. U kunt de standaardopslaglocaties en livemigratie configureren wanneer u de functie toevoegt. Zie Hyper-V installeren en een virtuele machine maken voor instructies.

    • Configureer virtuele switches en desgewenst andere netwerkfuncties op de doelserver. Beheerprogramma’s hiervoor zijn onder andere de cmdlets New-VMSwitch en Set-VMSwitch in de Hyper-V-module en Virtual Switch Manager in de module Hyper-V-beheer.

    • Verplaats de virtuele machines door deze te exporteren en te importeren of door livemigraties uit te voeren. Beheerprogramma’s hiervoor zijn onder andere de cmdlets Export-VM en Import-VM en de opdrachten Exporteren, Importeren en Verplaatsen in Hyper-V-beheer. Zie Livemigratie configureren en virtuele machines migreren zonder failoverclustering voor meer informatie over het verplaatsen van een virtuele machine met livemigratie.

  • Zie https://technet.microsoft.com/library/hh848559 voor een lijst met de cmdlets die zijn opgenomen in de Hyper-V-module.

Ondersteunde migratiescenario 's

In deze handleiding vindt u instructies voor het migreren van een bestaande server waarop de functie Hyper-V wordt uitgevoerd op een eerdere versie van Windows Server, naar een server waarop Windows Server 2012 wordt uitgevoerd. Deze handleiding bevat geen instructies voor migratie wanneer de bronserver meerdere functies uitvoert. Als er op uw server meerdere functies worden uitgevoerd, raden we u aan om een aangepaste migratieprocedure te ontwerpen die specifiek is afgestemd op uw serveromgeving en die is gebaseerd op de informatie in andere functiemigratiehandleidingen. Migratiehandleidingen voor aanvullende functies zijn beschikbaar op de Windows Server-migratieportal.

Waarschuwing

Als op de bronserver meerdere functies worden uitgevoerd, kunnen sommige migratiestappen in deze handleiding, zoals de stappen voor de configuratie van de computernaam en het IP-adres, ertoe leiden dat andere functies op de bronserver niet meer werken.

Ondersteunde besturingssystemen

Processor van bronserver

Besturingssysteem van bronserver

Besturingssysteem van doelserver

Processor van doelserver

x64-systemen

Windows Server 2008 met Service Pack 2, alleen volledige installatieoptie

Windows Server 2012, volledige installatieopties en installatieopties van Server Core

x64-systemen

x64-systemen

Windows Server 2008 R2

Windows Server 2012, volledige installatieopties en installatieopties van Server Core

x64-systemen

x64-systemen

Server Core-installatieoptie van Windows Server 2008 R2

Windows Server 2012, volledige installatieopties en installatieopties van Server Core

x64-systemen

De versies van besturingssystemen in de bovenstaande tabel zijn de oudste combinaties van besturingssystemen en servicepacks die worden ondersteund. Nieuwe servicepacks, indien beschikbaar, worden ondersteund. Als een besturingssysteem niet wordt weergegeven, wordt dit niet ondersteund. Het zelfstandige product Microsoft Hyper-V Server wordt niet ondersteund.

De versies Standard, Enterprise en Datacenter van Windows Server met Hyper-V worden ondersteund als bron- of doelservers.

Migratie van een bronserver naar een doelserver met een besturingssysteem in een andere taal van de gebruikersinterface (dat wil zeggen, de geïnstalleerde taal) dan de bronserver wordt niet ondersteund. U kunt Hulpprogramma's voor migratie van Windows-servers bijvoorbeeld niet gebruiken om functies, besturingssysteeminstellingen, gegevens of shares te migreren van een computer met Windows Server 2008 in de Franse taal van de gebruikersinterface naar een computer met Windows Server 2012 in de Duitse taal van de gebruikersinterface.

Notitie

De taal van de gebruikersinterface is de taal van het gelokaliseerde installatiepakket dat is gebruikt voor het instellen van de Windows-besturingssysteem.

Ondersteunde functieconfiguraties en -instellingen

In deze sectie worden de configuraties en instellingen beschreven die kunnen worden gemigreerd met de migratiehulpprogramma's en de configuraties en instellingen die handmatig moeten worden gemigreerd. In de volgende tabel ziet u een overzicht.

Configuraties en instellingen

Type migratie

Virtuele machine (configuratie en gegevens)

Geautomatiseerd, behalve zoals hieronder aangegeven

Hyper-V-instellingen

Geautomatiseerd

Instellingen voor virtuele netwerkadapters in het beheerbesturingssysteem

Geautomatiseerd

Externe virtuele netwerken

Gedeeltelijk geautomatiseerd, zoals hieronder wordt beschreven

Netwerkinstellingen van VM-wachtrijen

Geautomatiseerd

Aangepaste instellingen voor extern beheer

Handmatig

De volgende configuraties en instellingen kunnen automatisch worden gemigreerd:

  • De meeste configuraties van virtuele machines. Virtuele machines en de bijbehorende gegevens worden verplaatst als onderdeel van de migratie, maar sommige configuraties moeten handmatig worden ingesteld, zoals hieronder wordt beschreven.

  • Hyper-V-instellingen. Dit zijn onder andere de systeeminstellingen en het verificatiearchief.

    Notitie

    Als u migreert vanaf een bronserver met Windows Server 2008 R2 en u een MAC-adresbereik hebt ingesteld, wordt deze waarde ook automatisch gemigreerd naar de doelserver.

  • Interne en particuliere virtuele netwerken.

  • Instellingen voor virtuele netwerkadapters in het beheerbesturingssysteem. Wanneer Hyper-V zo is geconfigureerd dat er een fysieke netwerkadapter wordt gebruikt als brug waarlangs virtuele machines toegang hebben tot een fysiek netwerk, wordt een virtuele netwerkadapter gemaakt in het beheerbesturingssysteem (waarop de Hyper-V-functie wordt uitgevoerd). Voor deze virtuele netwerkadapter worden de IP-instellingen, bindingen en het MAC-adres van deze virtuele netwerkadapter automatisch gemigreerd. De verbinding tussen de virtuele netwerkadapter en de fysieke netwerkadapter moet echter handmatig opnieuw tot stand worden gebracht, zoals is beschreven in de migratiestappen.

  • Netwerkinstellingen van VM-wachtrijen.

De volgende configuraties en instellingen moeten verder handmatig worden geconfigureerd nadat de migratiehulpprogramma’s zijn gebruikt:

  • Firewall-instellingen. De firewallinstellingen worden opnieuw gemaakt op de doelserver met de standaardwaarden waarmee Hyper-V is geïnstalleerd. Als u bepaalde standaardwaarden van de firewallinstellingen hebt gewijzigd, moet u de dezelfde wijzigingen aanbrengen op de doelserver.

  • Externe virtuele netwerken. Met het migratiehulpprogramma worden de virtuele netwerken op de doelserver opnieuw gemaakt, maar worden externe virtuele netwerken opnieuw gemaakt als interne virtuele netwerken. U moet elk van deze netwerken aanpassen, zodat deze verbinding maken met de juiste fysieke netwerkadapter op de doelserver, zoals is beschreven in de migratiestappen.

  • VFD- en ISO-bestanden. Deze bestanden worden niet gemigreerd omdat deze niet nodig zijn voor de werking van de virtuele machine en niet worden ondersteund door de cmdlets voor importeren en exporteren. Als u deze bestanden beschikbaar wilt maken voor een gemigreerde virtuele machine, kopieert u deze handmatig naar de doelserver en koppelt u deze opnieuw aan de virtuele machine nadat deze is gemigreerd.

  • Verbindingen met fysieke schijven die rechtstreeks zijn gekoppeld aan virtuele machines. Deze verbindingen (ook wel passthrough-schijven genoemd) worden niet gemigreerd omdat de schijfverwijzingen mogelijk niet geldig zijn op de doelserver. Als u een fysieke schijf beschikbaar wilt maken voor een gemigreerde virtuele machine, verbindt u de schijf met de doelserver en vervolgens met de virtuele machine nadat deze is gemigreerd, zoals is beschreven in de migratiestappen.

  • Aangepaste instellingen voor extern beheer. Als u Hyper-V hebt aangepast voor externe toegang, moet u een aantal extra procedures uitvoeren om de instellingen voor de DCOM- en WMI-naamruimte opnieuw te maken. In de migratiestappen wordt het punt aangegeven waarop u deze procedures moet uitvoeren, samen met een aanbevolen hulpprogramma of script om de procedure mee uit te voeren.

Afhankelijkheden van de migratie

De Hyper-V-functie is niet afhankelijk van andere functies. We raden u aan om geen andere functies te installeren op een server waarop Hyper-V wordt uitgevoerd.

Migratiescenario's die niet worden ondersteund

De volgende migratiescenario's worden niet ondersteund:

  • De opgeslagen status van een virtuele machine.

  • De configuratie van virtuele machines wanneer een van de volgende voorwaarden van toepassing is:

    • Wanneer het aantal virtuele processors dat voor de virtuele machine is geconfigureerd, groter is dan het aantal logische processors op de doelserver.

    • Wanneer het geheugen dat voor een virtuele machine is geconfigureerd, groter is dan het beschikbare geheugen op de doelserver.

  • Consolidatie van fysieke servers naar virtuele machines of consolidatie van meerdere Hyper-V-exemplaren naar één exemplaar.

Overzicht van Hyper-V-migratie

Bij de migratie van de Hyper-V-functie worden de virtuele machines, virtuele netwerken en alle bijbehorende instellingen van de ene fysieke computer verplaatst naar een andere fysieke computer in de onderneming. Het proces ondersteunt de verplaatsing vanaf een server waarop Hyper-V wordt uitgevoerd in Windows Server® 2008 R2 naar een server waarop Hyper-V wordt uitgevoerd in Windows Server 2012. De Hyper-V-functie is niet afhankelijk van andere functies.

De migratiehulpprogramma's bevatten cmdlets waarmee u een aantal taken kunt uitvoeren die zijn vereist om de Hyper-V-functie te migreren. De cmdlet legt het merendeel van de Hyper-V-instellingen vast die nodig zijn voor het uitvoeren van een geslaagde migratie, waaronder de configuraties van virtuele machines, de virtuele netwerken en de virtuele harde schijven. De beveiligingsinstellingen voor de DCOM- en WMI-naamruimte moeten afzonderlijk worden gemigreerd. De instructies hiervoor staan verderop in de handleiding. De virtuele machines worden opnieuw gemaakt op de doelserver met de cmdlets voor importeren.

De invloed van de migratie

In de volgende sectie wordt de invloed beschreven van de migratie op de bronserver en op andere computers in de onderneming.

De invloed van de migratie op de bronserver

De bronserver moet worden uitgeschakeld of verwijderd uit het netwerk voordat u de cmdlets voor importeren op de doelserver uitvoert, zodat er geen conflicten zijn tussen de virtuele machines op de bronserver en de virtuele machines die opnieuw op de doelserver worden gemaakt. Het punt waarop u deze taak moet uitvoeren, wordt aangegeven in de migratiestappen verderop in deze handleiding.

De invloed van de migratie op andere computers binnen de onderneming

Deze migratie kan van invloed zijn op elke computer (virtueel of fysiek) die afhankelijk is van de toepassingen of werkbelastingen op de virtuele machines die moeten worden gemigreerd als onderdeel van de migratie van de Hyper-V-functie omdat de virtuele machines offline zijn gedurende de migratie. Als een virtuele machine bijvoorbeeld fungeert als host voor een database, is dit van invloed op alle toepassingen in de onderneming die toegang moeten hebben tot deze database. Hierdoor moeten u rekening houden met deze uitvaltijd door een geplande onderbreking te plannen of door verkeer om te leiden naar andere servers om de services te leveren.

Benodigde toegangsrechten voor het uitvoeren van de migratie

Het gebruikersaccount waarmee de cmdlets en hulpprogramma's worden uitgevoerd, moet lid zijn van de lokale groep Administrators op de bronserver en de doelserver.

Geschatte duur

De tijd die nodig is voor het migreren van de Hyper-V-functie is afhankelijk van de hoeveelheid gegevens die moet worden overgezet. Van de verschillende typen bestanden die worden overgezet, zijn de VHD-bestanden het grootst (van enkele tot vele gigabytes). De benodigde tijd voor de migratie wordt beïnvloed door de grootte van de VHD-bestanden en de netwerkbandbreedte.

Aanvullende naslaginformatie