Share via


Bewaken met Microsoft Monitoring Agent

 

Van toepassing op: System Center 2012 R2 Operations Manager

Microsoft Monitoring Agent is een nieuwe agent die de Operations Manager Agent vervangt en waarin .NET APM (Application Performance Monitoring) in System Center wordt gecombineerd met de volledige functionaliteit van IntelliTrace Collector in het ontwikkelsysteem van Microsoft Visual Studio, voor het verzamelen van volledige profileringstraceringen voor toepassingen. Microsoft Monitoring Agent kan op aanvraag traceringen verzamelen, maar kan ook actief blijven om toepassingen te bewaken en traceringen te verzamelen. U kunt de hoeveelheid schijfruimte beperken die door de agent wordt gebruikt voor het opslaan van verzamelde gegevens. Als de hoeveelheid gegevens de limiet bereikt, begint de agent met het overschrijven van de oudste gegevens en worden de meest recente gegevens daarvoor in de plaats opgeslagen.

U kunt Microsoft Monitoring Agent samen met Operations Manager gebruiken of als een zelfstandig hulpprogramma voor het bewaken van webtoepassingen die met Microsoft .NET Framework zijn geschreven. In beide gevallen kunt u de agent toepassingstraceringen laten opslaan in een IntelliTrace-logboekindeling die kan worden geopend in Microsoft Visual Studio Ultimate. Het logboek bevat gedetailleerde informatie over storingen in en prestatieproblemen met toepassingen.

U kunt Windows PowerShell-opdrachten gebruiken om de bewaking te starten en stoppen en IntelliTrace-logboeken te verzamelen van webtoepassingen die op IIS (Internet Information Services) worden uitgevoerd. U kunt Visual Studio gebruiken voor het openen van IntelliTrace-logboeken die zijn gegenereerd van APM-uitzonderingen en APM-prestatiegebeurtenissen. Zie Microsoft Monitoring Agent-vereisten en -compatibiliteit voor informatie over ondersteunde versies van IIS en Visual Studio.